Winstkansen / Edge / Geluk & vaardigheid – FAQ
1. Zijn er roulettesystemen die werken?
Het korte antwoord: Nee. Veel systemen met een soort van verdubbeling van je inzet tot het moment dat je wint (waarna je weer teruggaat naar een kleine inzet) hebben een patroon van heel veel kleine winstjes, en dan enkele heel grote verliezen. Doordat casino’s maximale inzetten hebben (en zelfs als dat niet zo zou zijn, jij als speler waarschijnlijk niet de beschikking hebt over onbeperkte middelen), komt onherroepelijk het moment dat je een keer niet meer de verdubbeling van je vorige inzet kunt maken.
Kern van roulette is dat iedere inzet die je plaatst een negatieve winstverwachting heeft, en daardoor lig je, met welk systeem je ook speelt, altijd achter op het huis. De berekening hiervoor vind je hierboven terug. Wel kun je door systemen je kansen op een winnende sessie vergroten, maar dat is altijd kunstmatig, bijvoorbeeld door snel te stoppen als je voor ligt. Dit soort tactieken zorgen op lange termijn voor veel avondjes met relatief kleine winst, en enkele avonden met zodanig grote verliezen dat je per saldo toch nog in het rood staat.
2. Als een paar keer op rij rood is gevallen, is de kans dan groter of juist kleiner dat de volgende keer zwart valt?
Die kans is volstrekt identiek. Iedere draai aan de roulette is volstrekt onafhankelijk van de vorige. Zoals dit in casinotermen wel eens wordt genoemd: “het roulettewiel heeft geen geheugen”. Dat je in casino’s toch overzichten krijgt van alle laatste nummers en zelfs boekjes om alles bij te houden, past bij het doel van het casino om de gast het gevoel te geven dat hij invloed heeft op de uitkomst – terwijl in werkelijkheid deze invloed er niet is.
3. Bij welke spelen is het mogelijk op lange termijn winnend te kunnen spelen?
Bij poker (als je significant beter bent dan je opponenten) en bij sportweddenschappen (als je de winstkansen structureel beter inschat dan de bookmaker of eventueel je tegenstander). Bij blackjack alleen bij spelen met weinig decks of als card counter.
Soms ook op speelautomaten (als je in staat bent goed te berekenen wanneer een machine ‘positief staat’, en door bijv. een hoge jackpot je voor kunt liggen op de automaat). Online kun je winnend spelen door gebruik te maken van bonussen, mits deze goede voorwaarden hebben. Hiervoor is het van belang dat je strategisch speelt en je niet laat verleiden om af te wijken van je tactiek.
In het algemeen geldt: spelen tegen het huis zijn zelden of nooit te winnen.
4. Kan ik ergens zien of vergelijken wat het uitbetaalpercentage is van speelautomaten?
Dit is zeer belangrijke informatie voor de speler – maar deze informatie lijkt nochtans niet altijd gemakkelijk beschikbaar. Vooral voor landbased speelautomaten zijn de uitbetalingspercentages vaak onvindbaar.
Online aanbieders moeten deze informatie wél duidelijk beschikbaar maken voor spelers. Sommige aanbieders doen dit door het direct bij het spel te vermelden nog voordat je gaat spelen, anderen hebben het in het menu van het spel gestopt.
Globaal kan worden gezegd dat online slots verreweg de hoogste RTP – Return to Player ofwel uitbetalingspercentage – hebben.
5. Ik heb als tip gehoord dat ‘als het niet je avond is, dat je dan maar beter kunt stoppen’. Klopt dat?
Het klinkt als een goede, slimme tip – maar feitelijk is het onzin. In geval van een vrijwel puur geluksspel als roulette is elke draai onafhankelijk van de vorige. Of je nu 500 euro achterstaat of 500 euro voorstaat zegt niets over je winstkansen voor de volgende draai.
Bij spelen waarbij vaardigheid/kunde een rol speelt, bijv. poker, ligt het net iets anders – daar is het van belang te allen tijde je beste spel te spelen. Zou je hiertoe minder in staat zijn omdat het tot nu toe zo heeft tegen gezeten, dan is stoppen inderdaad verstandiger. Maar dat is dan niet omdat het tot nu toe heeft tegengezeten, maar omdat je in een zodanige mentale staat bent dat je toekomstige beslissingen waarschijnlijk niet optimaal zullen zijn.
In de kern moet je als gokker danwel behendigheidsspeler eigenlijk altijd kijken naar die ene, belangrijke factor: heeft mijn toekomstige beslissing, het eerstkomende potje of de eerstkomende draai, op lange termijn een positieve winstverwachting of niet? Daarbij speelt het eigenlijk geen rol of je tot op dat moment geluk hebt gehad, of juist niet. “It’s all one session”.
Wat wel klopt is dat bij de meeste gokspelen er waarde in zit je sessies zo kort mogelijk te houden. Immers, hoe minder inzetten je doet, en hoe lagere inzetten je doet, des te kleiner zullen op lange termijn je verliezen zijn.
6. Welke percentages kun je voor of achter liggen bij spelen als roulette, blackjack of poker?
Bij roulette geldt er, in het geval van Europees roulette, een zogenoemd huisvoordeel van 2,7%. Dit lig jij als speler achter op de bank en wordt als volgt gegarandeerd:
Er zijn 37 winmogelijkheden (de getallen 1 t/m 36 én de zero/nul) maar je wordt bij winst uitbetaald alsof er 36 vakjes zijn. Het huisvoordeel, het voordeel voor de bank, is dus 1/37 oftewel 2,7%.
Bij Frans roulette geldt op de enkelvoudige kansen (rood/zwart, even/oneven en hoog/laag) een huisvoordeel van 1,35% omdat het verschil bij 0 gedeeld wordt en je als speler de helft van je inzet terugkrijgt. Amerikaans roulette heeft een extra vakje, namelijk 00 (double zero) en daardoor is het huisvoordeel hier 5,4%. Er zijn zelfs tafels met nóg een extra vakje (000, triple zero) waar het huisvoordeel oploopt naar 7,1%.
Bij blackjack is het voor- of achterliggen – of huisvoordeel – minder eenduidig. Met 1 deck kaarten kun je als speler een edge hebben door te spelen met optimale strategie, maar zoals het in het casino wordt gespeeld met meerdere decks is het voordeel meestal bij het casino tenzij je een ‘card counter’ zou zijn (en die worden meestal geweerd uit casino’s). Dit voordeel voor het huis kan zelfs ruimschoots meer zijn dan bij roulette wanneer een speler niet-optimale strategie speelt. In de meeste gevallen is het huisvoordeel, wanneer een speler wel de optimale strategie speelt, minder dan 1%.
Bij poker speel je als spelers tegen elkaar, niet tegen het huis dus. Als je betere strategie hebt dan je opponenten, kun je op lange termijn winnend spelen. Echter, altijd met een korte termijn geluksfactor, en bovendien moet je edge over andere spelers zodanig groot zijn dat je ook nog het percentage dat het casino afroomt kunt overkomen. Casino’s vragen vaak een stake voor het hosten van het spel, dit is een klein percentage van de pot.
7. Maakt het verschil of je blackjack speelt met één slof of met meerdere sloffen?
Ja. Met één slof is het gemakkelijker voor de speler om een edge te halen ten opzichte van het casino, ‘voor te liggen op het spel’, zoals dit ook wel wordt genoemd. Immers, als er al veel of juist weinig azen of plaatjes uit het deck verdwenen zijn, kun je op het eind van de slof strategisch betere beslissingen maken door correct in te schatten welke kaarten er nog in het pakje zitten. Hoe meer sloffen er worden gebruikt, des te kleiner dit effect, en des te kleiner ook de kans dat een speler überhaupt voor kan liggen tegen het casino.
En online speelt dit helemaal niet; daar maakt men geen gebruik van sloffen maar van random card generators / iedere hand reshufflen van het virtuele deck bij first person blackjack, en bij live blackjack van meerdere sloffen en random schudtechnieken.
8. Zijn play-money games een goede oefening voor real-money games?
Bij echte kansspelen: op zich wel. Je kunt hier de regels en gebruiken van het spel leren zonder dat het je iets kost. Wel van belang hierbij is of de aanbieder bij zijn play-money games de speler niet stiekem betere winstkansen geeft dan in real-money games. Sommige aanbieders doen dit om spelers zo te lokken richting de real-money games, waarbij jij als speler dan voor de onplezierige verrassing kan komen te staan dat je nu ineens veel minder vaak wint, en juist op lange termijn dik in de min staat.
Bij spellen waarbij skills (kunde en vaardigheid) een rol spelen, en waarbij gespeeld wordt tegen opponenten i.p.v. tegen het huis, is er een belangrijk nadeel aan deze oefening, namelijk dat bij play-money je opponenten niet serieus zullen spelen. Hierdoor is bij play-money heel makkelijk te winnen en denk je al snel klaar te zijn voor het echte werk, om vervolgens te ontdekken dat bij real-money games de tegenstanders ineens veel en veel beter spelen – mogelijk veel beter dan jij.
9. Is het bij speelautomaten slim om meerdere lijnen te spelen? Vergroot ik daarmee mijn winstkans?
Gewoonlijk niet. Meestal blijft de verhouding exact hetzelfde bijv. i.p.v. 1 lijn van €0.10 speel je nu 8 lijnen van €0.10, in beide gevallen met exact dezelfde winkans. En omdat je bij speelautomaten gewoonlijk een negatieve winstverwachting hebt of achter ligt op het huis, betekent het spelen van meerdere lijnen volgens het bovenstaande voorbeeld gewoonlijk dat je nu op lange termijn 8x zo veel zult verliezen.
Er is wel een belangrijke uitzondering hierbij: (online) casino’s of automatenhallen met een jackpot hebben vaak een vereiste dat een speler meerdere lijnen moet spelen, of meer dan de minimuminzet, om in aanmerking te komen voor de jackpot. In deze gevallen zou door meerdere lijnen spelen de achterstand op het huis in procentuele zin kunnen verminderen, dit door de kleine kans op die ene klapper die je anders niet zou hebben. Hoewel met minder procentuele achterstand zal de speler door zijn hogere inzetten/meerdere lijnen vaak alsnog meer verliesverwachting hebben per draai dan hij daarvoor had met zijn ene lijn.
10. Gelden de tips voor verantwoord spelen ook altijd voor games waarbij je een edge hebt?
In veel mindere mate. Tips als ‘je winst pakken’ of ‘niet te lang doorspelen’ gaan uit van de premisse dat voor iedere inzet die je doet je een negatieve winstverwachting hebt. Maar als je voor ligt ten opzichte van je tegenstanders of (dit gebeurt niet vaak) ten opzichte van het huis, dan zit er juist waarde in veel uren maken, lange sessies etc. Let wel: van een edge is bij gokken slechts zelden sprake, en om bij behendigheidsspelen een edge te hebben is gewoonlijk erg veel oefening en/of studie vereist.